Schoolregels

We gaan op Vrijeschool de Es uit van vier basisregels:

  • We zijn op school om samen te leren
  • We houden rekening met elkaar in spreken en doen
  • We gaan zorgvuldig om met onze eigendommen en die van anderen
  • Samen houden we de school opgeruimd

Hieronder vind je die regels en de consequenties die daaruit voortvloeien voor leerkrachten, leerlingen en ouders.

We zijn op school om samen te leren

Leerkrachten

–  zorgen dat het lokaal efficiënt is ingericht en ordelijk;
–  zorgen voor voldoende lesstof voor elke leerling;
–  bereiden de lessen goed voor;
–  zorgen dat het lesmateriaal goed verzorgd is;
–  houden vorderingen nauwkeurig bij in het leerlingvolgsysteem en bespreken dit zo nodig in de pedagogische vergadering.

Leerlingen

–  zorgen dat het stil en rustig is in de klas, zodat er goed gewerkt kan worden;
–  blijven op hun plaats zitten;
–  geven gevolg aan de vragen en opdrachten van de leerkracht;
–  zijn op tijd op school, zodat ze op tijd kunnen beginnen;
–  zorgen dat het huiswerk gemaakt is en dat ze altijd alle benodigdheden bij zich hebben.

Ouders

–  zorgen voor de voorwaarden die nodig zijn om hun kind te laten leren: tas, multomap,  gymkleren, vulpen, blokfluit enz.;
–  zorgen dat de kinderen op tijd op school zijn, zodat de lessen zonder vertraging kunnen beginnen;
–  verlaten om 8.30 de school, zodat het leren in alle rust kan plaatsvinden;
–  zien er op toe dat de kinderen uitgerust op school komen;
–  indien het kind om medische redenen verhinderd is, melden ze dit tussen 8.00 en  8.30 bij de balie. ( Wanneer het kind niet is afgemeld, belt de school om 8.45 naar de ouders)

We houden rekening met elkaar in spreken en doen

Leerkrachten

–  zijn open en eerlijk in het geven en ontvangen van adviezen;
–  hebben respect voor elkaar en elkaars visie en voor het wezen van het kind;
–  zijn verantwoordelijk voor de voorwaarden, die nodig zijn om ieder kind een veilige plek binnen de school te bieden.

Leerlingen

–  iedere leerling heeft recht op een veilige plek in de school;
–  iedere leerling respecteert daarom ook het recht van anderen;
–  leerlingen respecteren de door de leerkrachten, uit oogpunt van veiligheid, opgestelde regels (zoals voetballen op het plein, rennen in de gang, enz.).

Ouders

–  hebben respect voor de antroposofische uitgangspunten van het onderwijs;
–  hebben respect voor de door leerkrachten gestelde voorwaarden, dat nodig geacht worden om ieder kind een veilige plek binnen de school te bieden;
–  de basis voor de omgang met elkaar is, dat men respect heeft voor de visie van een ander, wat niet hoeft te betekenen dat men het er altijd mee eens is.

We gaan zorgvuldig om met onze eigendommen en die van anderen

Leerkrachten

–  dragen de eindverantwoordelijkheid voor het materiële (fysieke) beleid binnen de school;
–  dragen zorg voor een zorgvuldige ‘bewoning’ van het lokaal;
–  dragen gezamenlijk zorg voor de gemeenschappelijke ruimten (lerarenkamer, lerarenbibliotheek en gang);
–  zijn verantwoordelijk voor een zorgvuldig gebruik van het materiaal;
–  de school kan geen verantwoordelijkheid nemen voor ontvreemde of beschadigde eigendommen.

Leerlingen

–  gaan zorgvuldig om met het gebouw en het meubilair;
–  gaan zorgvuldig om met de door de school geboden materialen;
–  hebben respect voor de eigendommen van school, van de leerkrachten en van de medeleerlingen;
–  kunnen gebruik maken van de telefoon, nadat er overleg is geweest met de eigen leerkracht.

Ouders

–  kunnen, in overleg met de verantwoordelijke beheerder (meestal de baliemedewerker), in bepaalde gevallen gebruik maken van schoolmateriaal, waaronder telefoon en kopieerapparaat;
–  kunnen, in overleg met de verantwoordelijke beheerder, gebruik maken van bepaalde ruimten (met uitzondering van de lerarenkamer);
–  zijn verantwoordelijk voor eventuele schade, die de kinderen buiten schooltijd aanrichten (bv. tijdens het schoonmaken in de weekenden);
–  kunnen niet inkopen op rekening.

Samen houden we de school opgeruimd

Leerkrachten

–  zien erop toe dat er een klassendienst is, die de werkzaamheden naar behoren uitvoert;
–  dragen zelf de verantwoordelijkheid voor een opgeruimde klas;
–  dragen een gedeelde verantwoordelijkheid voor het opruimen van gemeenschappelijke ruimten in de school;
–  zijn verantwoordelijk voor een milieubewust gebruik van het gebouw en het materiaal en dragen dit uit naar leerlingen.

Leerlingen

–  dragen een gedeelde verantwoordelijkheid voor het opruimen van de klas;
–  nemen deel aan een corveerooster;
–  hebben zorg voor hun omgeving.

Ouders

–  participeren in het schoonmaakrooster.